Open interview

Open interview met Peter van der Heijden.
Door: Gino Henkel en Petra Habets
VC2E2
februari 2009

Inleiding:
De opdracht voor onderzoek uit Blok 3: projectmatig creëren heeft wellicht op zich laten wachten. De afname en uitwerking van het open interview heeft aardig wat vertraging opgelopen. In overleg met de docent hebben we toch uitstel gekregen om deze opdracht alsnog in te leveren.

Een openinterview afnemen met als doel informatie te verzamelen voor een andere CMV opdracht. We werden hierin vrijgelaten, maar wel verantwoorden van al je gemaakte keuzes. We hebben in deze uitwerking zoveel mogelijk van onze keuzes geprobeerd te verwoorden.

De uitwerking van het interview bevat een verbatim, een inhoudsanalyse met labels(codes,waarderingen) en eindconclusies.

Veel leesplezier toegewenst,

Petra Habets
Gino Henkel

VCE2E
Februari 2009


Beschrijving opdracht:
Voer in twee of drietallen een open interview uit, analyseer dat interview en trek daaruit conclusies die je kunt gebruiken bij een andere opdracht voor CMV.

Met behulp van een open interview ga je nu antwoord vinden op een vraagstelling die je zelf formuleert. Het maakt niet zoveel uit wie en waarover je interviewt, als je het maar kan gebruiken bij een opdracht van CMV.


Context:
Bij het maken van deze opdracht was het bedenken van een onderwerp lastiger dan we ons voorstelden. Waarover zouden we iemand kunnen interviewen voor 20 minuten?
We moeten met de informatie een andere opdracht kunnen maken. Wat is interessant om een open interview met iemand te gaan houden?

In het kader van een andere CMV opdracht bedachten we dat we misschien iets kunnen doen voor de educatieve opdracht die in het verschiet lag. Daarvoor zou Gino wel iemand kunnen vragen die zich wil laten interviewen. Iemand met ruime ervaring en misschien wel nuttige informatie. Eerst maar eens navragen of we het interview mogen houden in dat kader.

Met toestemming konden we een interview plannen. Oud Fontys docent Peter had er wel zin in. Met z’n tweeën hebben we een interview gehouden met Peter. In ons voorgesprek had Gino al het een en ander verteld over het onderwerp, de vragen en de uitwerking. Petra zou het gesprek notuleren en het verbatim uitwerken. Het gesprek is opgenomen met toestemming van Peter. In de bijlage vind u het uitgewerkte verbatim met desbetreffende labels uit de inhoudsanalyse.


Uitgangspunt:
Voor de educatieve opdracht hebben we gekozen omdat we het een interessant onderwerp vonden waar we wel een interview over konden houden. De geïnterviewde heeft voor onze onderstaande vraagstellingen ook goede voorbeelden kunnen geven.


Vraagstellingen:-
- Met welke (werk)vorm kun je het beste te werk gaan in een educatieve activiteit?
- Welke (werk)vormen zijn het effectiefst met een educatieve activiteit?
- Welke (werk)vormen zijn er allemaal?


Doelstellingen:
- Achterhalen welke werkvormen Peter allemaal kent.
- Met welke doelgroepen heeft Peter al eens gewerkt.
- Wat zijn de ervaringen van Peter in educatieve activiteiten
- Hoe is de werkhouding van Peter tijdens een educatieve activiteit.
- Wat kunnen wij vanuit het interview meenemen voor onze eigen educatieve activiteit.


Definities:
- Educatieve activiteit: projectmatige opdracht met een doelgroep voor een bepaalde periode in samenwerking met een instelling of school.
- Doelgroep: groep waarmee in de educatieve activiteit wordt samengewerkt.
- Werkvorm/activiteitvorm: manier van vormgeven aan educatieve activiteit, uiterlijke vorm van de activiteit.
- Werkhouding: hoe verhoud de professional zich tegen over de doelgroep of opdrachtgever.
- Afronding/evaluatie: voor jezelf reflecteren, terugkoppelen met de doelgroep/opdrachtgever over de activiteit. Het resultaat bekijken wat je hebt bereikt. Of je resultaat is wat je voor ogen had en of je het doel hebt bereikt.


Geïnterviewde:
Peter van der Heijden, 25 jaar, oud docent Fontys Sociale studies.
Bekende van Gino in jongerenproject ©me van Humanitas Eindhoven.
Peter reageerde positief op de vraag of we hem mochten interviewen voor deze opdracht in het kader van de educatieve opdracht. Het gesprek zou 20 minuten duren en de uitwerking zouden we kunnen terugkoppelen als hij daar behoefte aan had. Dat zou hij wel leuk vinden, maar niet noodzakelijk. Hij was ten tijden van het interview in Eindhoven aanwezig, maar zijn werkveld bestrijkt van Breda tot Venlo in de breedte. Met een Cappuccino in het café mochten we het interview met Peter opnemen voor de opdracht.

In het verbatim staat meer achtergrond informatie over Peter en zijn ervaringen met educatieve activiteiten.


Interviewvorm:
Het interview hebben we gehouden in een halfgestructureerde vorm. Vooraf hebben we een topiclist opgemaakt, samen met een vraagstelling en doelstelling als rode lijn.
We hebben het interview informeel gehouden, waarbij we bij sommige vragen konden doorvragen voor meer diepte aan informatie. Het gesprek is opgenomen en uitgewerkt. het heeft 20 minuten geduurd Face-to-face, mondeling.


Rolverdeling:
Petra zou tijdens het interview notuleren en het gesprek uitwerken in het verbatim.
Gino zou het interview afnemen met Peter en de inhoudsanalyse doen.


Schema inhoudsanalyse:
De labels die we hebben toegepast in de inhoudsanalyse komt overeen met de definities:
- Educatieve activiteit
- Doelgroep
- Werkvorm/activiteitvorm
- Werkhouding
- Afronding/evaluatie/resultaat
- Samenwerking/rolverdeling
- Bruikbaar (deze is alleen toegepast bij gedeeltes die bruikbaar werden geacht, als waardering, voor de conclusies)


Conclusies:
Aan het einde van de rit willen we onze verzamelde informatie ook filtreren tot een aantal conclusies die we kunnen stellen.
Hiermee kunnen we dan onze vraagstellingen hopelijk beantwoorden die ons kunnen helpen met de andere CMV opdracht. De educatieve opdracht zit er aan te komen en met deze informatie kunnen we creatief aan de slag.

Met welke (werk)vorm kun je het beste te werk gaan in een educatieve activiteit?
Er zijn verschillende werkvormen m.b.t. educatieve activiteiten. Het is sterk afhankelijk van een aantal factoren. Wat voor persoon ben jij. Voor wat voor soort instelling of doelgroep ben je aan het werk. Wat zijn de verwachtingen van de educatieve opdracht.
Al deze factoren dragen erbij aan dat de werkvorm verschillend kan zijn per situatie. Heb je een bepaalde doelgroep of werk je liever alleen? Je mag zelf de keuzes maken waarbij je dus het beste in je vel zit. Waar jij je prettig bij voelt en waarbij je denkt het beste te kunnen presteren.

Welke (werk)vormen zijn het effectiefst met een educatieve activiteit?
Ook deze vraag is afhankelijk van een aantal factoren. Voornamelijk de doelgroep waarmee je moet werken speelt een grote rol. Op basis van hen moet je een vorm kiezen waarin je de educatieve activiteit gaat uitvoeren. Met welk onderliggende lessen ga je de educatieve kant vormgeven. Hoe ga je de omgang en je werkhouding vormgeven. Dat zorgt ervoor dat er verschillende combinaties zijn waarbij je effectief of niet kan zijn in je activiteit.

Welke (werk)vormen zijn er allemaal?
Uit het interview komen verschillende vormen langs, die Peter heeft gedaan. Er zijn nog tal van andere vormen waarmee je een activiteit kan vormgeven. De werkvormen die in het interview naar voren kwamen zijn: Theater, dans, drama, vaardighedenlessen, ontspanningsoefeningen, humor, de kroeg in.
De vormen hebben allemaal positieve en minder positieve kanten. Ze zijn afhankelijk van de professional die het inzet, de werkgever die om een educatieve activiteit vraagt e de doelgroep waarmee je werkt.
Ze zijn allemaal wel creatief van aard en dat is wat wij vooral mee zullen nemen voor onze eigen educatieve opdracht. Alle tips vanuit het interview zullen we ten harte nemen wanneer wij voor de keuze staan om een educatieve activiteit vorm te geven.

We hebben met ons interview onze doelstellingen ruim behaald en de bovenstaande vraagstellingen kunnen beantwoorden met onze conclusies.


Bijlage:
Vak: onderzoek
Interview met Peter van der Heijden

Uitgeschreven interview = verbatim
Interviewer = Gino (G)
Geïnterviewde = Peter (P)

G: Hai Peter
P: Hoi
G: Euh, vandaag gaan wij een interview met jou doen
P: Ja
G: Een open interview, half gestructureerd en met betrekking op de educatieve activiteit die wij nog moeten organiseren. Euhm, ik zal mijn vraagstelling, euh, onze rode lijn door het interview houden ennuh die gaat als volgt: in welke vorm, euh, welke vorm heeft het meeste effect, euhm, met een educatieve activiteit? Dus, euhm, ik zal zo dadelijk gewoon euh, ja jou gewoon een aantal vragen stellen enneuh daar mag je gewoon op reageren. Dus Peter, wie ben je enneuh wat heb je allemaal gedaan euh met de educatieve taken?
P: Nou, ik ben Peter van der Heijden. Ik weet niet wat voor persoonlijke gegevens allemaal nodig zijn..?
G: Euh, niet, euh, niet zo heel veel.
P: 25 jaar en ik kom uit Brabant.
G: Oké, Brabant.
P: Euhm, educatieve ervaring, euhm. Ik heb op de Fontys Hogeschool gewerkt, 2 jaar, als vaardigheidsdocent. Euhm. Ik geef nu inmiddels 3 jaar op de sportschool les, euhm, wat ik ook educatief vind, euh, is wel op ontspanningsgebied. Euhm. Ik geef nu op 2 middelbare scholen les. Een VMBO school en een Havo/Atheneum school, als dans en drama leraar en ik heb mijn eigen dansschool.
G: Een eigen dansschool?!
P: Euhm. Dat geef ik ook les aan kinderen vanaf euh 4 jaar tot jongeren vanaf tot ongeveer 21/22 jaar.
G: Oké, dat is euhm *kuch* dat is ook zo’n beetje jouw doelgroep waar je euh graag mee werkt?
P: Ja!
G: Juist?!
P: Op het gebied van dans ook kinderen maar euh vooral, vooral theater maar ook, destijds ook in de hulpverlening ook jongeren, ja.
G: Oké, enneuh, het educatieve in jouw werk is vooral euh euhm vaardigheden of komt er ook theorie bij?
P: Nee, vooral vaardigheden.
G: Vaardigheden?
P: Ja!
G: Euhm, ik zit te denken, als je met jongeren werkt dan wil je ze iets leren, maar euh heel veel verschillende doelgroepen hebben een andere aanpak euh nodig. Euh, wat ben je al zoal tegengekomen qua doelgroepen?
P: Euhm. Nou, kinderen euhm, moeilijk, nu heb ik een project afgerond met kinderen in een achterstandswijk in Breda. Dat zijn echt basisschool kinderen. Dat is wel echt een doelgroep op zich. Euhm, ik heb ook een keer op de ventielschool workshops gegeven, via de euh kamer van protectingen?. Euh, dans, dat is dus ook wel een hele grote uitdaging om dat te doen. Euhm. Ja, jongeren, maar ik vind jongeren vind ik, er zitten zoveel jongerengroepen door elkaar..
G: Zo breed
P: Ja, vind ik heel breed. Ik bedoel, jongeren op de atheneum school die zijn heel anders in gedrag en in dingen oppikken als jongeren op de VMBO school. Euhm, dus dat vind ik ook 2 aparte doelgroepen. Ook gewoon jongeren die ervoor kiezen om bijvoorbeeld dans of theater te willen doen. Dat is ook een andere doelgroep als jongeren het niet via school moeten gaan doen. Dan krijg je ook al hele andere. Meestal die zie k dan.
G: Dat vind je gewoon heel leuk, leuk om mee te werken?
P: Ja, absoluut!
G: Euhm, je noemt al een aantal vormen, dus dans en drama..
P: Ja.
G: Je geeft ook waarschijnlijk dan ook nog eens op scholen denk ik gewoon les in vaardigheden
P: *Humt*
G: Euhm, in activiteitvorm, euh, zit daar ook nog verschil in? Of is dat allemaal dezelfde manier waarop jij je activiteit met educatie euh..
P: Per doelgroep bedoel je?
G: Ja. Met allemaal hetzelfde concept waarmee je..
P: Nee, nee, nee. Nee. Nee, want elke doelgroep vraagt wel een andere vorm. Met euh jongeren kun je euh langer een project inzetten als voor kinderen. Dus dat verschillend is dat piekt snel en dan moet je ook stoppen omdat ze dan ook daarmee klaar zijn. Met jongeren kun je dingen toch makkelijker uitsmeren.
G: En misschien ook dieper gaan?
P: Euhm, ja, kan. Dan euh dat ligt er ook weer heel erg aan hebben ze ervoor gekozen of niet. Als ze ervoor kiezen dan kun je euh behoorlijk diep gaan. Ik heb bijvoorbeeld ook als project een musical euh vormgegeven op de middelbare school en dat waren echt jongeren die ervoor kozen om dat te doen en daar hebben we echt maandenlang echt mee kunnen repeteren en ook echt gewoon door kunnen repeteren. En als we zeiden van euh het is nog niet genoeg? dan zeiden ze zelf; dan gaan we nog een paar uur door. En dus die kozen ervoor en die wilden. En dan kun je echt diep en lang gaan. Maar als je inderdaad een workshop moet geven op een middelbare school euh wat een verplicht onderdeel is, dan moet je het ook echt bij die tijd houden want dan merk je dat de spanningsboog dan ook
G: En zijn er dan ook euh wijze levenslessen die jij in je activiteiten verwerkt of zijn dat subtiele..?
P: Euh. Niet concreet maar ik vind de rode draad in, vind ik wel. Euh, in die zin, euh, dans en drama euh, pak ik nu even in het bijzonder want dat is wat ik nu vooral eigenlijk doe. Vaardigheidsles op Fontys heb ik gedaan. Euhm. Maar het is wel een manier van zelf presenteren en zelfvertrouwen. Ik heb ook een paar autisten in de kinderen, euh, in de lessen die ik geef aan kinderen in onze vaste dansschool en dat vind ik wel een heel belangrijk iets dat ik hen zie groeien in sociale contacten leggen bijvoorbeeld in door middel van een expressiemanier. Maar ik zal dat niet zo in de les zeggen van; nou, welkom, en euh, ik ga jullie nu leren om meer zelfvertrouwen te hebben.
G: Oké.
P: Dan lachen ze me natuurlijk al uit. Maar het zit er wel heel sterk in en af en toe refereer ik er wel naar. Dan euh, wat er eigenlijk inderdaad meer achter zit.
G: Op die manier pikken ze het ook euh heel goed op als het zeg maar niet euh al te duidelijk erop ligt, zeg maar?
P: Ja, nou goed, vooral de doelgroep jongeren. Kinderen zouden het wel kunnen. Dan vinden het dan in een keer wel heel gaaf om dat te leren als je dat zegt maar jongeren zouden zoiets hebben van ja hoe ist, bemoei je met je eigen zaken.
G: Als we iets moeten leren dan..
P: Dan doe ik het zelf wel. Dus daar zou ik het nooit zo expliciet bovenop leggen van euh ik ga jullie leren om meer zelfvertrouwen te krijgen. Dat schrikt af.
G: Oké. Dus je brengt je doel op een hele andere manier euh dan je zeg maar of dat je zegt gewoon euh in je les wilt proppen en euh verwacht; ze leren het wel. Je gaat hiermee, met die activiteit, ga je echt euh een onderliggende laag creëren?
P: Ja, maar ook dat hangt heel erg af van de activiteit en ook van de tijdsban omdat euh soms wordt je ook gevraagd om gewoon euh een workshop te geven gewoon voor de lol en dan ga ik daar geen ingewikkelde doelstellingen aan koppelen want dan is het amusement belangrijk en soms word je dus gevraagd.. Euh bijvoorbeeld nu ben ik toevallig vorige week gevraagd voor Freekwijk waar ik zelf nog stage loop om daar voor de meiden, daar zitten nu ook meidengroepen, om daar dus dansworkshops te gaan geven. En daar zit dus wel echt achter dat meiden gemaakt worden maar daar zit ook achter dat meiden moeten leren om iets meer open te gaan. En daar gaan ze nu proberen of dansworkshops daarvoor geschikt zal zijn. Dus dan kan ik wel inderdaad aan onderliggende laag gaan werken en euhm daar iets meer uit halen.
G: Oké. En euhm neem jij een bepaalde rol dan euh gelijk in als jij aan het werk bent?
P: Ja.
G: Kondig jij jezelf aan van; hey, hier ben ik en euhm hiermee moeten jullie het doen?
P: Ja, ik ben iemand van de humor. Ik geloof heel hard in humor. Ja, dat weet je zelf. Maar dat is ook iets voor jongeren dat heel belangrijk is. Relativeren. Omdat euhm ik, ik denk dat teveel mensen heel erg snel op strepen gaan staan of heel erg snel gaan uitbeelden in het begin van dit, dit zijn mijn regels en dit is wat ik wil. Soms moet dat. VMBO school bijvoorbeeld, waar ik nu vast lesgeef, daar moet dat gewoon. Die kinderen moeten gewoon gestructureerd worden. Op het moment dat je dat zelf niet doet, vragen ze er zelf om van; kunt u niet wat strenger zijn? Heb ik ook meerdere malen gehoord. Maar wanneer je echt een soort project hebt, een veilig project met jongeren, vind ik het heel belangrijk dat je gewoon meteen de goede toon erin zet. En ik probeer dat altijd gewoon door mijn humor, gewoon op z’n Peter’s, en dat is gewoon een vette lach kunnen hebben waardoor je wel ff wat ijs kunt breken. Want vaak met dans of theater is het zo dat het heel moeilijk is om jezelf meteen heel open te stellen en dat is wat we wel verwachten en als je dat ijs niet breekt dan wordt het heel moeilijk om ze mee te krijgen.
G: Ja. Dit is dus ook heel euh gevoelsmatig hoe jij te werk gaat met jouw activiteit en de doelgroep?
P: Ja.
G: Een beetje aanvoelen; wat kan wel, wat kan niet?
P: Ja, aanvoelen wie de groep is. Euh. Vooral voelen euh ik vind het altijd enorm, groepsdynamica Euh. Voelen wie de, degene in de groep is waar je echt op moet letten of wie je juist mee moet krijgen zodat je ook de rest meekrijgt. Dat speelt met jongeren wel, die zijn heel gevoelig.
G: Groepsdruk?
P: Gewoon groepsdruk inderdaad. En wanneer je inderdaad iemand in een groep zet dan kan die geheel ander gedrag hebben als wanneer je die in een andere groep zet. Ligt eraan wie er allemaal in de groep zitten. Dus dan moet je wel, vind ik, snel aanvoelen van euhm waar moet ik echt op letten of wie moet ik proberen juist heel erg mee te krijgen zodat ik de rest ook gewoon meteen mee heb.
G: Dat is wel een punt waar je op gaat letten dan?
P: Ja, ja.
G: Euhm. Even voor jezelf, als docent, jij geeft die personen euh in het begin maar uiteindelijk ook op een einde, dan ga je weer euh dan is je activiteit afgelopen. Hoe rond jij het voor jezelf af?
P: Voor mijzelf of met hun?
G: Met hun en voor jezelf.
P: Euhm. Voor mezelf ben ik daar heel makkelijk in geworden, euh, in die zin, het is werk. Euhm. Wat niet zegt van zakelijk, klaar, hup naar de volgende maar ergens moet je dat emotioneel wel doen. Je moet gewoon een knop omschakelen en gewoon denken; oké, dit was leuk of misschien was het echt totaal niet leuk maar door naar het volgende en kijken wat je kunt gaan doen. Wat je hebt geleerd of wat je eruit kunt halen voor een volgende keer en meteen gewoon weer het volgende instappen. Euhm. Dat is vooral voor mezelf. Euh. Je legt hun het hangt ervan af wat voor activiteit het is en hoe lang de activiteit was. Euh. Soms duik ik ermee de stad in, om het af te sluiten. Euh. Soms euh is het gewoon een praatje euh in een lokaal, een soort evaluatie maar ik wil altijd wel evalueren. Dat sowieso altijd.
G: Oké.
P: Ik wil altijd heel duidelijk horen van hun, heel eerlijk, van wat ze goed vonden, wat ze leuk vonden of wat ze gewoon echt kut vonden. Dat wil ik gewoon horen.
G: Oké. En dan krijg je ook gekke reacties of euh moet je het
P: Ja, ja meestal wel.
G: Moet je het niet uit ze te trekken?
P: Kinderen weer wel. Kinderen hebben altijd de neiging om te zeggen; ik vond het heel leuk. En dan is het ook punt. En ja, heel veel verder komen die ook niet want die kunnen heel moeilijk natuurlijk nuances gaan leggen. Maar daar moet je af en toe wat meer eruit gaan halen van euh en dan komen ze wel met een paar nuances. Maar jongeren vaak, euh, in mijn lessen ook op het VMBO zijn ook gewoon jongeren die gewoon heel eerlijk tegen mij zeggen van; ik haat dansen, ik vind het echt verschrikkelijk. Maar ik heb liever dat want dan kan ik er wel iets mee. Dan kan ik wel een manier bedenken om hun erbij te betrekken. Dat ze niet het bewegen zelf hoeven te doen maar wel bezig zijn met dans. Dus ik heb liever dat anders dan als ze zeggen; nee hoor, meneer, ik vind het helemaal geweldig, terwijl ze er helemaal geen reet van menen.
G: Uhu. Eerlijkheid euh duurt het langst?
P: Soms wel, soms ook euh verbazingwekkend, of nou, dat is toch niveau afhankelijk. Op het atheneum en VWO vind ik eerlijkheid heel lang duren. Op het VMBO hoef ik het maar een keer te vragen en iedereen die het kut vindt die roept dat ook lekker voluit door het lokaal dat ze het kut vinden.
G: Oké.
P: Dus daar zit een heel groot verschil in, echt een heel groot verschil ja.
G: Ja, dat is bij jongeren heel, heel euh leuk om mee te werken, al die verschillende variaties.
P: Vind ik wel! Ja, ja, absoluut!
G: Euhm. Nou heb je waarschijnlijk heel veel moeten samenwerken in teams of heb je heel veel alleen moeten euh opzetten en uitvoeren?
P: Nou, ik werk euh, in mijn eigen bedrijf dan, werk ik euh vast met een vaste partner, zeg maar de medevennoot van mijn bedrijf. Het is een vennootschap. Met haar werk ik, in principe, altijd euh samen. Euh. En soms worden wij inderdaad betrokken in euh in bijvoorbeeld euh een borreltje als dit, dat doe ik dan in mijn eentje, binnen een bedrijf, nou dan heb je een team waarmee je samenwerkt, regisseuse of euh euh als je op een school workshops moet geven dan heb je wel te maken met de lerares of de leraar van die klas, euh, een mentor bijvoorbeeld, waar je dan euh toch ook wel mee moet samenwerken. Euh, of, ja goed, ik werk ook voor een euh amateur instelling, een soort CKE in Eindhoven die ook in Breda, daar ben ik freelance docent en daar werk ik weer samen met die afdeling docenten daar om weer projecten mee te zoeken of te maken. Dus je werkt heel veel samen, ja. Maar sowieso altijd met mijn vennoot.
G: Oké. Dus, het is belangrijk dat je een duidelijke rolverdeling hebt of weten jullie precies wie wat gaat doen?
P: Euh, Anne en ik weten het van elkaar, gewoon heel helder. In die zin, euh, ja, ik zeg altijd idioot heel hard de ideale partner in liefde maar ook in werk. En dat meen ik echt. Iemand met wie je kan samenwerken euhm, we hoeven eigenlijk nooit iets te verdelen of te doen. Euh. Die rolverdeling is heel natuurlijk ontstaan. Ik ben meer degene, ik hou de administratie bij van het bedrijf en ik ben altijd degene die de cd’s altijd heeft want als ik dat aan haar overlaat dan dansen we echt zonder muziek, de helft van de tijd. Maar zij is nu iemand die in een les heel erg kan improviseren euh op het moment dat ze ziet van dit loopt niet lekker dan, dat zij in een keer iets heel anders gaat doen en dan ga ik daarin helemaal in mee en dan komt het weer helemaal goed, zeg maar. Dus wij hebben een bepaald samenwerkingsverband die we niet uitspreken maar als wij in euh in andere teams euh werken dan vind ik de rolverdeling heel belangrijk.
G: Gewoon duidelijkheid wat euh..?
P: Nou, ook weten wat, wat ik kan doen als euh, vaak word je extern erbij gehaald euh van wat mag ik hier doen. En daar ook, eerst ook euh in discussiëren. Want waar ik een hekel aan heb is als ik een, een klas of een groep moet gaan lesgeven en een mentor gaat zich er heel erg mee bemoeien. Die gaat een beetje jongeren aanspreken van ben eens stil. Ik wil dat ik dat doe, op dat moment sta ik voor die groep. En dan, als ik dat niet moet doen en een mentor doet dat, dan word ik alleen maar een pionnetje die alleen maar dansjes mag doen. Dat ik vind van nee, ze moeten ook leren om naar mij te luisteren, ook al kom ik er extern bij.
G: Jij wilt echt dat educatieve zelf leiden?
P: Ja, absoluut. Anders dan heb jij daar voor die jongeren totaal geen functie.
G: En zij kijken ook naar jou en niet naar de mentor?
P: Ja, zo’n mentor zit er dan vaak bij en die gaat dan in een keer allemaal euh terwijl ik juist ook vaak met theater en dans vind juist van er moet emotie/commotie en drama in komen. Dan gebeurt er wat. Dat is juist een basis van dans en theater. Dat mensen euh met de ander weet ik veel wat een beetje wat dingen gaat uitproberen ofzo, van dat soort dingen, dat moet juist gebeuren. En als een mentor daar heel erg strak op zit van blijf van elkaar af, doe dit niet, doe dat niet, ja dan verpest dat wel de sfeer in mijn groep.
G: Dus de teugels hoeven dus niet strak te staan?
P: Nee, absoluut niet. Soms wel. Ook dat is weer, bij een VMBO school moet dat wel maar ook binnen die strakte laat ik graag altijd even de teugels vieren zodat er wel iets gebeurt, dat er wel iets ontstaat. En vaak waarderen ze dat ook heel erg, dat je gewoon af en toe de teugels kunt laten vieren. Dat geldt ja binnen elke hulpverlening. Soms moet je gewoon een keer lekker tegen de regels in even de boel lekker laten vieren. Ik spreek uit ervaring, toen daar ook. Die groepsleider zei ook van ja dit mocht niet en dat mocht nie, en dan werd dan chips gehaald. En groepsleiders die zeiden…En in het weekend, als die weg waren; jongens, we gaan met z’n vieren de kroeg in. En dan gingen we gewoon. Die jongens waarderen dat gewoon heel erg. Met het gevolg wel dat ze de volgende keer wel naar je luisteren want ze vergeten niet dat je dat voor ze hebt gedaan.
G: Zitten er ook euhm ben je ook wel verrassingen tegengekomen tijdens een educatieve activiteiten?
P: Op welk gebied?
G: Euhm. Dat je euh een situatie hebt waarbij jij nog helemaal niet hebt stilgestaan. Dat ze dat toch wel hebben meegemaakt tijdens jouw activiteit en dat heel mooi vonden of heel belangrijk vonden.
P: Euh, dat ik iets euh in een activiteit deed of?
G: Euhm, een bijkomstigheid. Dat gewoon is gebeurd tijdens je activiteit van; hey, dat had ik nooit verwacht dat dat zo zou uitpakken. Ik heb er iets van geleerd.
P: Van de jongeren of van mij?
G: Van de jongeren. Iets terwijl jij het niet had ingepland bijvoorbeeld.
P: Euh.. Pfoe..
G: Bijvoorbeeld de manier hoe ze met elkaar omgaan, hoe ze opeens op de een of andere manier met elkaar zijn omgegaan tijdens jouw activiteit .
P: Ja, ja, ja. Euhm. Het project, nu, euhm, ik heb, wat ik net eerst wou vertellen van een, in een achterstandswijk in Breda op een basisschool, heb ik euh samen dan met Anne, hebben we daar euh twaalf weken elke maandag euh buitenschools, een uur na de lestijd zeg maar, theater gedaan. Toegewerkt naar een presentatie in het Franciscus Chassé Theater opgevoerd in de middag. Helaas moeten missen vanwege nouja goed. Euhm. Het waren euh twee brede scholen euh en die scholen, het is echt haat en nijd. Alleen de organisatie, het werd georganiseerd vanuit … & taal.. die zich bezig houdt met educatieve projecten ook voor basisscholen, die euh wilde heel erg, die wilde gewoon dat die basisschool, die kinderen dat als 1 project want ze horen wel bij elkaar, die scholen. Dat is heel bizar daar. Ze horen echt bij elkaar.
G: 2 locaties?
P: 2 locaties inderdaad. Ze hebben wel een andere naam maar ze horen wel bij elkaar in een organisatorische lijn. En euhm. Maar het is echt haat en nijd tussen die kinderen en euhm. Dus we hebben daar ook bijvoorbeeld, daar een groeples gedaan en daar een groeples gedaan. En kinderen konden kiezen maar kinderen vanuit de ene school wisten dat er andere kinderen bij zouden zijn. Allemaal afgemeld, op 5 na. Euhm. Die 5 zijn daarbij gekomen. Nou, de eerste les was het echt euhm echt, daar zat de ene school en daar de andere.
G: Zij en wij?
P: Ja, echt heel erg. Dat wij ook echt tot in het bizarre toe dachten van; waar gaat dit over. Die kinderen zijn tien, elf jaar en alleen omdat ze op een andere school zitten. En het waren dan ook nog kinderen van het Kievietsnest. Ja, dat was echt verschrikkelijk. En op een gegeven moment zijn wij gewoon dat theater gaan doen. Met het stuk bezig geweest. En euh een beetje dat los te laten. We moeten er ook niet teveel de nadruk op leggen van; we willen dat jullie gaan samenwerken of we gaan dat juist niet doen. En toen hadden wij vorige week maandag de laatste les en toen hadden wij het dus erg druk met de kinderen van; hoe vonden jullie het en wat vond je ervan? En ze zeiden eigenlijk als eerste, buiten het feit van de inhoud, zeiden ze als eerste van; ja, ik heb geleerd dat kinderen van het Kievietsnest best leuke kinderen zijn. En dat hadden wij dus niet verwacht want wij hadden meer verwacht van ja, het gaat meer om de inhoud nu. We zagen wel dat het wel goed ging tussen de kinderen op een gegeven moment, dat ze er niet zo mee bezig waren van oh, dat zijn kinderen van het Kievietsnest. Maar dat is gewoon dat ze gewoon toegaven van ja, dat zijn eigenlijk best gave kinderen. Dat ik had ik niet echt verwacht voor deze les. Dat hadden wij niet verwacht dat dat zo’n sterke invloed zou hebben, nee.
G: Dat is heel mooi als het met jouw euh activiteit gebeurt?
P: Dat vind ik geweldig. Dat vind ik gaaf. Ja.
G: Dat geeft ook euh ja, een goed gevoel als jij euh wat hebt bereikt?
P: Ja, tuurlijk. Het gaat erom dat je tevreden bent. En dat is het stukje euh inderdaad wat je net zei van doelstellingen. Euh. En ik vind dat theater altijd, ‘n ‘n, meer heeft dan alleen maar een beetje leuk zitten spelen met elkaar. Dit is wel iets van theater die opent. Het kan ook dus voor kinderen gewoon openen, want het is gewoon allemaal op één niveau en één soort werk, dan maakt het niet uit op welke school die persoon zit. En dat ze dat wel ervan leren. Van; eigenlijk zijn ze best gave kinderen. Stiekem is het dus een levensles. En, alleen, je hebt er niet de nadruk op gelegd.
G: Ja. Dat is heel mooi want ik denk dat ik dit allemaal wel kan gebruiken voor euh mijn educatieve activiteit.
P: Mooi.
G: Wij beiden, denk ik wel. Euh. Willen we jou ervoor bedanken dat we dit interview hebben mogen houden en dat we hebben mogen opnemen. We zullen dit interview ook waarschijnlijk uitwerken. Wil je daar graag iets van een verslagje van hebben?
P: Vind ik leuk. Ja, gewoon, je hoeft er niet een apart ding van te maken maar..
G: Alles corrigeren..
P: Haha *lacht en stikt daar zowat in*. Nee, Gino, eigenlijk heb ik nog steeds .. in mijn kop.
G: Haha, nee, okeej, dan wil ik je ervoor bedanken en euh je gaat het van ons wel horen. Dankjewel.
P: Jow!